Ouders die zich zorgen maken over hun gamende kinderen. Het is weer volop in het nieuws en er is, weer, een website tot leven geroepen om (niet-gamende) ouders te helpen bij de opvoeding van hun gamende kinderen. Hoe doen de mama’s van Female-Gamers het met hun kinderen en is zo’n site ook echt nodig?
Sam: Moeder van twee dochters Fawn (8) en Zelda (2)
Iedere keer wanneer er zo’n topic de media ingegooid wordt gaan bij mij weer even de nekharen overeind staan. Wie zegt er nu weer iets over gamen en kinderen. Daar zit bij mij al de eerste angst want vaak zijn het deskundigen zoals pedagogen of bezorgde ouders die meteen een heel extreem geval aankaarten. Vaak worden juist ook die punten heel erg vergroot wat de angst voor gamende kinderen bij andere ouders vergroot.
Zelf ben ik een gamende moeder, wat veel andere ouders op de antroposofische school van mijn kinderen gek vinden merk ik. Vaak denken ze dat ik de hele dag zelf zit te gamen en mijn dochters dit ook mogen maar niets is minder waar. Juist omdat ik zelf altijd heb gegamed en ook al heel vroeg online gamede dankzij WoW weet ik heel goed wat er speelt als je online en offline gamed. Hierdoor ben ik misschien wel juist strenger als het gaat om welke games ze spelen en of ze wel of niet online mogen gamen.
Uiteraard heb ik ook meteen de site bekeken die gemaakt is voor ouders. Ik moet zeggen er staan echt hele nuttige en handige tips op. Maar als ik dan Tanja Jess hoor zeggen dat haar kinderen van 15 en 11 een uurtje mogen gamen doordeweeks tja dan grinnik wel even. Als gamende mama weet ik dat een uurtje online gamen doordeweeks echt zogezegd “rookie numbers” zijn. Voor mijn nog erg jonge dochters zijn zulke tijden prima, al moet ik eerlijk bekennen dat ze dat niet eens halen. Maar wanneer een kind wat ouder is en een spel als Fortnite online met vrienden wil spelen. Vind ik dat dit best gezien kan worden als een avondje bordspellen, film kijken of kletsen met elkaar. Daar zet je ook geen tijdlimiet van max 1 uur per week of 2 uur in het weekend op, toch?!
Mijn dochters zijn 8 (bijna 9) en 2 jaar oud. Ze zitten op een antroposofische school en peuterspeelzaal wat betekend geen digi-bord maar een fijn krijtbord met prachtige tekeningen van de juf erop. Mijn oudste Fawn heeft een half jaartje op een school gezeten met wel computertijden en een digi-bord. Onder invloed van die klas en school kreeg ze ineens interesse in YouTube, want dat was de vrijdagmiddag tijdbesteding in hun klas. Nu ze weer terug is op haar oude vertrouwde school is die interesse helemaal weg en vind ze het leuker om te kleuren, buiten te spelen, even Netflix te kijken of Minecraft te spelen. Wat ik hiermee wil zeggen is dat de omgeving vaak heel veel invloed heeft op het gedrag en de interesses van je kinderen. Nee dit betekend niet dat je massaal allemaal je kinderen op een antroposofische school moet doen. Maar dat je zelf wel sturing kan geven aan wat je kind wel of niet leuk vind. Hoewel kinderen ook heel erg veel letten op wat wij als ouders doen hebben andere kinderen, waaronder klasgenoten, nog veel meer invloed op je kind. Dat is iets wat ik echt heb gemerkt tijdens de wisseling van mijn scholen met mijn oudste dochter.
Mijn jongste Zelda heeft nog totaal geen interesse in gamen. Ze ziet af en toe mij en haar zus wel samen gamen. Bijna alle consoles staan beneden alleen mijn gaming PC staat boven. Toch vind ze het veel leuker om mijn pas gewitte muren te voorzien van een leuk kleurtje met haar waskrijtjes. Soms doet ze wel gezellig mee met Just Dance wat vaak hilarische taferelen oplevert en minder goede score resultaten. Fawn heeft sinds kort een eigen mini-pc op haar kamer in de vorm van een Raspberri Pi. Hierop staan een tweetal programmeer programma’s, zodat ze kan leren programmeren, en Minecraft Pi. Dat laatste vind ze vooral heel erg leuk om te doen en is offline. Ze vertelde pas nog trots aan haar oppas dat ze inmiddels al 6 huizen gebouwd heeft. Dat soort dingen maken mij dan trots, zeker ook omdat ik zie hoe creatief ze is bezig geweest. Daarnaast vind ik het belangrijk dat ze ook leert programmeren, omdat daar later echt heel veel vraag naar is, dus handig als ze het kan. Het is voor mij een extra taal net als dat Duits en Engels dat is.
Dus al met al is mijn advies blijf je kinderen vooral stimuleren met verschillende dingen. Praat met ze over wat er speelt en ook wat er op school speelt. Weet wat de game inhoudt als je ze die game laat spelen. Wees ook realistisch over tijden, een uurtje doordeweeks is voor een kind van 15 echt weinig. Maak duidelijke afspraken over het samen gamen. Ik las laatst ergens een moeder die de ruzies over het gamen tussen haar vrij jonge kinderen had opgelost door ze allebei een eigen console en tv te geven. Ja zoiets werkt wel, maar persoonlijk vind ik dat geen goede oplossing. Hier is het heel duidelijk, de consoles staan beneden en als een klasgenootje van Fawn komt en ze samen willen gamen mag dit. Maar ze moeten wel heel goed en duidelijk samen afspreken hoe ze samen gaan gamen, dus om de beurt of gewoon samen. Is er een ruzie dan waarschuw ik een keer en probeer het te sussen. Maken ze daarna dan nog ruzie dan gaat de console uit en mogen ze iets ander gaan doen.